Ik ben een gepassioneerd bakker. Elke dinsdagavond trek ik richting Brugge voor mijn wekelijkse bakles en er gaan maar weinig weekends voorbij of er komt wel een of andere taart of cake uit mijn oven tevoorschijn. En recentelijk maakte ik mijn droom om een eigen koffie- en taartenbar te openen al een beetje waar door gedurende 3 maanden een pop-up uit te baten met heerlijke koffie en lekkere homemade taart.
Een van de vele taarten die ik tijdens de intense BAKAbar-weekends maakte was een Misérable. Ik bakte hem voor het eerst en heb hem meteen tot een van mijn favorieten gebombardeerd. Al helemaal door de reactie van mijn echtgenoot die, nadat ik hem vertelde hier een blogpost over te schrijven, opnieuw verlangend de vraag stelde wanneer ik die nog eens ging maken.
De Misérable is een van de klassiekers op het vlak van patisserie, ontstaan in Brussel aan het begin van de 20e eeuw. Helaas kom je deze tegenwoordig niet zo heel vaak meer tegen in de etalages van de gemiddelde Vlaamse bakkerij.
De eerlijkheid gebiedt mij wel te zeggen dat ik bij het horen van de woorden “crème au beurre” niet meteen dacht aan overheerlijke bokkenpootjes, Javanais of Misérable. De uitdovende cupcake-hype, die wel nog op menig Instagram-profiel terug te vinden is, zorgt er bij mij voor dat het eerste beeld dat in mijn opkomt eerder dit is van een veel te grote toef icing die er al na de eerste hap voor zorgt dat je zin in het cakeje verdrongen wordt door een overheersend gevoel van vettigheid in je mond. Maar het kan dus ook anders ;)
Mijn versie van de Misérable mag/mocht gezien worden (al zeg ik het zelf ;) ). En ik kan je alleen maar aanraden om dit ook zelf eens uit te proberen. En ik geef je hierbij nog een kleine tip: maak je boterroom pas wanneer je biscuit helemaal afgekoeld is. Ik maakte hem al terwijl mijn biscuit nog in de oven zat en legde mijn gevulde spuitzak nadien in de koelkast in afwachting van de afgekoelde biscuit. Dit resulteerde in een zeer moeilijk handelbare klomp vulling en de nodige stress bij het assembleren van de Misérable. Maar de smaak van het stukje dat nadien op mijn bord terecht kwam, maakte dit meer dan goed.
Ingrediënten:
Voor de amandelbiscuit: 400g eiwit – 80g suiker – 400g amandelpoeder – 400g suiker – 80g bloem
Voor de crème au beurre: 200 ml water – 200g suiker – 2 vanillestokjes – 8 eidooiers – 480g malse boter
Voor de afwerking: poedersuiker
Klop de eiwitten los en voeg de 80 gram suiker strooisgewijs toe. Blijf kloppen tot je een stevig schuim bekomt. Maak broyage door de 400 gram suiker met het amandelpoeder te mengen. Zeef dit mengsel samen met de bloem. Spatel dit voorzichtig onder de eiwitten (niet te lang!).
Verdeel de massa gelijkmatig (+/- 2cm dik) met een beslagmes over een bakplaat, bekleed met bakpapier.
Verwarm de oven voor op 180°C en bak de biscuit gedurende 30 minuten.
Splijt de vanillestokjes en breng de stokjes met het water en de suiker aan de kook. Klop intussen de eidooiers tot een luchtige massa. Verwijder het vanillestokje uit de suikersiroop. Giet de hete suikersiroop op het eimengsel en klop de massa koud (lichaamstemperatuur). Voeg de malse boter in één keer toe en klop stevig tot een gladde crème.
Snij de kantjes van de biscuit af en verdeel hem in 2 gelijke helften. Vul een spuitzak met een effen spuitmondje en breng een dikke laag boterroom aan op één deel van de biscuit. Plaats het andere deel op de boterroom en druk lichtjes aan. Strijk met een paletmes de boterroom langs de zijkanten gelijk.
Bestrooi de bovenkant met poedersuiker.